Welgelegen gevoel

Vissen in de Eilandspolder (2)

Door Rob Horvath

 

Het zal zeker een jaar of 10 a 15 geleden zijn dat ik het artikel over het vissen in de Eilandspolder heb geschreven (hier onder te lezen). Het  is er nog steeds prachtig maar sindsdien is er nogal het een en ander veranderd. Dat geld echter niet alleen voor het water in de Eilandspolder maar ook voor de meeste andere (vis)wateren in geheel Nederland.

Allereerst een overzicht van de viswateren naar waterkwaliteit, voedselrijkdom de visbezetting.

We kunnen wat betreft (relatief) ondiep  meest stilstaand  water de volgende 5 categorieën onderscheiden: baars/blankvoornvis water, ruisvoorn/snoekviswater, snoek/blankvoornviswater, blankvoorn/brasemviswater en brasem /snoekbaarsviswater. Deze indeling is vastgesteld op basis van de soorten die het meeste in het betreffende water kunnen  voorkomen.  Baars/blankvoornwater is zeer voedselarm en vaak heel helder. brasem/snoekbaarswater is zeer voedselrijk en erg troebel. Erg voedselrijk water bevat vaak de grootste massa vis maar de minste soorten Naast de hoofdsoorten is er dus weinig variatie.  Ook bevat dit water minder zuurstof en het is er vaak zo troebel dat het doorzicht er vaak minder dan 40 cm is. ruisvoorn/snoekviswater is erg helder en daardoor kunnen er veel (ondergedoken) waterplanten groeien. Dit water bevat meestal veel zuurstof maar bij hoge temperaturen kan het zuurstof gehalte in de nacht sterk afnemen omdat de planten dan juist zuurstof opnemen in plaats zuurstof te produceren waardoor zomervissterfte kan optreden. Bij hoge temperaturen kan het water belangrijk minder zuurstof bevatten.

Snoek/blankvoornviswater is vaak het meest ideale water voor de sportvisserij. Dit water bevat genoeg zuurstof, is voldoende voedselrijk en goed te bevissen omdat het niet vol is gegroeid met waterplanten en het doorzicht is nog redelijk beperkt. Ongeveer alle soorten vis die interessant zijn voor de hengelsport kunnen er voorkomen.

Nu terug naar de Eilandspolder. Het water is er (nog net zo als in het verleden) zo troebel dat je al snel denkt met brasem /snoekbaarsviswater van doen te hebben. Het is er vaak niet meer dan 40 tot 60 cm diep en de modderlaag is niet gering. In de wat grotere watergangen zoals de Koksloot en de Molensloot is het wel wat dieper en daar stuit je vaak uiteindelijk met de steekstokken op een kleilaag. Het beperkte doorzicht zorgt er  voor dat het water goed te bevissen is en bevaarbaar blijft. Gezien het gegeven dat er nogal wat verschillende vissoorten voorkomen en de conditie van deze vissen vaak goed is waag ik echter tot de conclusie te komen dat het water eerder te vergelijken is met op zijn minst blankvoorn/brasemviswater, zo niet met snoek/blankvoornviswater. Ook in warme perioden zijn er geen problemen door zuurstof te kort of wat dan ook. De conclusie is dus dat het zuurstofgehalte meestal (ruim) voldoende en evenwichtig is. Overigens is waarschijnlijk het fosfaatgehalte in het water hoger dan gewenst en dat veroorzaakt  nogal veel algengroei. Water dat veel (zwevende) alg deeltjes is inderdaad altijd min of meer troebel. Het water in de Eilandspolder wordt naast de zwevende algen ook nog eens vertroebeld door recreatie bootjes die met hun schroeven vlak boven of zelfs half door de modderlaag heen malen. Ook de voedsel zoekende karpers en brasems werken vertroebeling in de hand.

Al weer een flink aantal jaren geleden is er wel goed gebaggerd in de gehele polder en dat heeft zeker een positief resultaat gehad. Een groot deel van de bagger is via pijpleidingen van de bodem weg gezogen waarbij de vissen weinig of geen schade ondervonden. Er is sprake van beroepsvisserij op aal in de polder maar dat lijkt steeds minder vaak te gebeuren.

Zeelt

Giebel

Ik schreef al dat er het een ander in de loop van de tijd is veranderd. Zo worden er steeds vaker Giebels gevangen en die waren er een aantal jaren geleden nog niet te bespeuren. Nog niet zo heel lang geleden waren ze gemiddeld niet zo groot, maar nu zijn exemplaren tot 40 cm geen uitzondering meer.

Giebels kunnen zich min of meer maagdelijk voortplanten en zich daardoor snel vermeerderen in het voedselrijke maar toch relatief schone water van de Eilandspolder. Ze kunnen maximaal ongeveer 50 cm lang worden en geven vaak een felle maar korte strijd aan een dun lijntje.

Een vissoort die er plaatselijk vaker te vangen is dan eertijds is zeelt. Daar zijn vaak hele mooie exemplaren bij die zich fel verweren en meestal in blakende gezondheid verkeren.

 

Kolblei komt er nog steeds in ruime mate voor maar schijnt wat in aantal te zijn afgenomen. Het lijkt er echter op dat je meer kans hebt om wat forsere exemplaren te vangen die er prachtig uit zien.

Dan praat je al snel over visjes tot 30 cm of meer. Herkenning:  o.m. het grote oog en de oranje aanzet van borst en buikvinnen. Het zijn vissen die net als karper en brasem graag op de bodem azen maar ze kunnen wat makkelijker dan brasem ook zwevend voedsel opnemen. In ernstig verbrasemd  water hebben ze minder overlevingskans. Dus wijst een goed Kolblei bestand op betere waterkwaliteit. Kolbleien kruisen nogal vaak met voorns of brasems en dus vang je ook vaak hybriden.

Kolblei

Brasem

Natuurlijk ofwel desondanks is ook brasem nog steeds goed vertegenwoordigd en die halen makkelijk de 50 cm.

Door beroering van het ondiepe water kun je bij brasem vaak zien of ze bij je aas zitten en vaak duurt het een tijdje voordat ze het aas op nemen of… er van af zien. Ze zijn vaak schuw.

Verder is er aan de stand van riet en blankvoorn waarschijnlijk niet veel veranderd maar de snoekbaarsstand lijkt minder te worden hoewel er mogelijk  nog wel redelijk wordt gevangen op de grotere en wat diepere Lei, maar ik kom daar zelden dus kan daar niet over meepraten. Wel is bekend dat de terugloop van het aantal snoekbaarzen

vaak in samenhang is met toenemende helderheid en afname van voedselrijkdom. Vaak werkt dat een grotere

snoekstand in de hand maar in de Eilandspolder merk ik daar vooralsnog niets van. Er is wel wat snoek, maar zeker niet veel.

Snoekbaars

En dan is er natuurlijk nog de karper! Nog steeds in ruime mate aanwezig en wat mij betreft de hoofdsoort. Het betreft voornamelijk het model dat enigszins lijkt op het type boerenkarper. Een wat langere vis niet hoogruggig en vol schub. Een oersterke vis. Ze zijn over het algemeen wat groter dan voorheen en sommige exemplaren bereiken een lengte van 70 tot 80 cm. Ik hoef niet te vertellen dat zulke visjes een mooie strijd op

relatief licht materiaal ten beste kunnen geven.

Een hele enkele keer vang je ook nog wel eens een spiegel of rijenkarper.

Wat betreft andere vissoorten: vroeger ving ik ook nog wel eens wat winde, maar die heb ik er de laatste jaren niet meer gezien en dat vind ik vreemd. Bij toeval kun je er ook nog wel eens een alvertje vangen en met een schepnet heb ik er tevens bittervoorntjes gevangen. De aanwezigheid van deze visjes wijst ook weer op een redelijke of goede waterkwaliteit en het voorkomen van zwanenmossels want ze leggen hun eitjes in die mosselen.

Dan is het nog merkwaardig dat op verschillende plekken de watergentiaan is verdwenen. Dat is een waterplant met niervormige drijfbladeren die veel kleiner zijn dan die van waterlelie of plomp. In de zomer bloeit deze plan

t aan de oppervlakte met gele ook weer kleinere bloemen. Het aaneen gesloten bladerendek kan flinke oppervlakten water bedekken.

Het op verschillende plaatsen regelmatig weghalen bij schoonwerkzaamheden is

Schubkarper

wellicht de oorzaak van de achteruitgang. Het betreft echter een plant die hier van nature thuis hoort en ik hoop dus dat ie niet algeheel zal verdwijnen.

Gelukkig is de Eilandspolder (zo ver ik weet) nog niet gekoloniseerd door Amerikaanse rivierkreeften want die zouden best wel eens de visstand maar ook de oevers van het water flink wat schade toe kunnen brengen. Met name de oevers hebben al te veel te voorduren door te snel varende boten!

 

Tot slot:

Gelukkig is de Camping nog steeds rustig gebleven zonder geruchtmakende activiteiten en allerlei andere komedie. Maar wel met goede sfeer en service. Als liefhebber van natuur, landschap en weidevogels zit je hier goed. En het is nog altijd een prima sportvisgebied.

Bent u hier nog niet erg bekend dan het volgende: het is een groot voordeel als je over een bootje kunt beschikken want vanaf de oevers is het water lang niet overal bereikbaar. Wat betreft het sportvisrecht: dit berust bij het viscollege de hengelaar-de Rijp en die heeft het visrecht ingebracht bij Sportvisserij Nederland dus met een (grote) VIS-pas zit je goed.

R. Horvath.

 

 

Vissen in de Eilandspolder (1)

Door Rob Horvath

Ongeveer tussen de Zaanstreek en Alkmaar liggen de droogmakerijen Wormer, Purmer en Beemster. Daartussenin ligt grenzend aan de Beemster wat men noemt: het Schermereiland. Ooit in een ver verleden waren de genoemde droogmakerijen riviertjes die in de (voormalige) Zuiderzee uitmondden. Door menselijk toedoen werden dit grote meren en die werden uiteindelijk enkele eeuwen geleden drooggelegd. Dit gebeurde in die tijd door er een dijk omheen te leggen en een ringvaart omheen te graven. Daarna werd het meer leeggemalen door middel van windwatermolens.

Het Schermereiland

Het Schermereiland bleef na het droogleggen van de meren als zodanig bestaan en is historisch gezien een zeer interessant gebied geweest. Vandaar af voer men ter haringvangst naar de Zuiderzee en later heeft het gebied zelfs een rol gespeeld bij de walvisvangst en verwerking. De omliggende dorpen waren in die tijd zeer welvarend en gelukkig is er veel bewaard gebleven van de glorierijke tijd van vroeger.

Toen eerst de haringvangst en later ook de walvisindustrie verloren ging was de Eilandspolder alleen nog geschikt als veenweidegebied voor de boeren. Het gebied is echter zo waterrijk en nat dat moderne veehouderij er (gelukkig) niet mogelijk is en dus werd na de jaren 50 de veehouderij er onrendabel.

Men heeft er toen de bestemming natuurgebied gegeven. Beherende instanties zijn: Staatsbosbeheer en Noord-Hollands Landschap.

Ik vermeldde al dat er in de omgeving veel cultuurhistorische dingen bewaard zijn gebleven. Ook is er in de directe omgeving geen moderne hoogbouw te vinden en met een beetje fantasie waan je je er nog in de tijd van eeuwen her. Je moet dan wel het moderne verkeer wegdenken maar gelukkig is het er ook nog betrekkelijk rustig.

De weidevogelstand

De Weidevogelstand is in de Eilandspolder nog aardig hoog! Je ziet en hoort er in het broedseizoen nog opvallend veel kieviten, grutto’s en tureluurs. Ook de veldleeuwerik is er nog geen zeldzaamheid. Verder broeden er redelijke aantallen scholeksters en een flink aantal bergeenden. Er nestelen ook enkele paren Bruine kiekendieven. Af en toe komen er lepelaars voedsel zoeken en altijd zijn er wel kluten in het gebied aanwezig. Hier en daar broeden er nog flink wat huiszwaluwen onder de overstekken van de oudere huizen in de polder. Het is er wat vogels betreft dus puur genieten en ook na de broedtijd is er veel te beleven.

Gelukkig is het weidegebied over het algemeen niet toegankelijk via het land. Je mag er wel doorheen varen en er is heel veel water dus kun je al varend de hele polder bekijken. Ook zijn er enkele observatieplaatsen en wandelgebieden vanaf het land bereikbaar. Het verbaast mij eigenlijk dat je er met een brandstofmotor mag varen, maar ook ik maak daar gebruik van. Ik heb echter ook een elektromotor en je kunt natuurlijk ook roeien en kanoën.

Water

Het water is er niet diep, dat varieert van 20 cm tot hooguit 1,50 meter en… het is meestal zeer troebel! Troebel wil lang niet altijd zeggen en zeker niet in dit geval ongezond! Voedselrijk water bevat veel zwevende delen en dat maakt het water dik! (soort vakterm)
kolblei
Het is er visrijk. De meest voorkomende soort is de kolblei, ook wel bliek genoemd. Het is een soort die een goede waterkwaliteit aangeeft. Deze brasemachtige vis wordt hooguit 40 cm lang en is voor de liefhebber een heel leuk sportvisje. Daarnaast is er een hoge karperstand en waarbij het type boerenkarper de hoofdmoot vormt. Dit type karper is geheel geschubd en langwerpig van vorm, dus niet hoogruggig. Ze worden niet zo groot als de meeste andere karpertypen maar toch zitten er hier bullebakken bij van meer dan 80 cm lang. Als deze vissen gaan paaien heb je een prachtig tafereel! Het water kolkt en bruist en niet zelden komen de vissen bijna voor de helft boven het water uit! Snoekbaars is er de belangrijkste roofvissoort, maar ook baars en snoek kom je er tegen. Verder is er een goed bestand aan rietvoorn en blankvoorn komt er natuurlijk ook voor. Rietvoorn in troebel water? Ja ik zei al dat troebel water niet verkeerd hoeft te zijn! Veel water was vroeger zelfs van nature troebel al naar gelang de omstandigheden.

Snoekbaars

De snoekbaars schijnt in de Eilandspolder in aantal terug te lopen. Mogelijk worden er te veel meegenomen maar dit kan ook met veradering (verbetering) van de waterkwaliteit te maken hebben. Beide factoren zullen wel invloed hebben. Hierbij toch even wat nadere informatie:

Vroeger (en helaas te vaak soms nu ook nog) kreeg met name een hoge brasemstand de schuld van vuil en troebel water. In dat door menselijk toedoen vuile (en voedselrijke) water konden echter nog wel brasem en snoekbaars blijven leven maar andere soorten bijna niet en dus was de concurrentiepositie voor deze soorten optimaal zolang een bepaalde grens niet overschreden werd. Brasem is echter een vissoort die van nature in de laagland gebieden in grote aantallen thuis hoort. Daarom heeft men ook destijds het stroomgebied van de benedenrivieren en bijbehorende estuarium de brasemzone genoemd. Het is daar van nature voedselrijk en vaak troebel maar gezond. In dat gezonde water vind je mooie brasems in wat mindere aantallen. Deze brasems kunnen een lengte bereiken van ruim 60 cm. Viulwaterbrasems ogen ongezond, zijn slap en halen zelden een lengte die de 40 cm overschrijd.

zeeltSnoek

Verder nog de volgende informatie: wat betreft het voorkomen van snoek:
Ik heb de indruk dat deze wat in aantal toeneemt. Ik heb er echter nog niet op gevist. (dat is wat mij betreft meer winterwerk dus doe ik dat elders) Het in aantal toenemen van snoek en ruisvoorn wijst op een verbetering van de waterkwaliteit. Waar de twee genoemde vissoorten toenemen verwacht je ook een zeeltbestand.(met name in dit type water) Het kan aan mij liggen, maar deze soort mis ik nog terwijl ik ze elders toch regelmatig vang. Mogelijk heeft de hoge karperstand een negatieve invloed op een zeeltbestand.

 

Camping Tuinderij Welgelegen

Camping Welgelegen is een prima uitvalbasis om van de natuurwaarden in dit oude cultuurlandschap te genieten en ouderwets te vissen. Met een pennetje op karper en een bolonesehengel op met molentje op witvis zodat die onverwachte karper ook nog te vangen is! Of met een stukje vis op snoekbaars.(helaas is een levend visje verboden) De camping is zeer welgelegen en rustig. Het toiletgebouwtje wordt keurig onderhouden en er worden gelukkig niet allerlei geruchtmakende evenementen georganiseerd. Er is een enkele keer wel wat te doen en dat is wat mij betreft voldoende! De vaste campingbewoners zijn vriendelijk en de campingbeheerders zijn dat ook. Al met al is het er goed toeven voor rustzoekers.

pompoenen schubkarper wegvaar

Tenslotte:

In dit land van leegwater zoals dit vaak genoemd wordt hebben wij (mijn vrouw en ik) ons tweede verblijfsgebied gevonden, je kunt er heerlijk struinen, fietsen, vissen en van de natuur genieten. Het is er nog betrekkelijk rustig en cultuurhistorisch is het een geweldig mooi gebied. Bedreigingen liggen echter op de loer! De vaarrecreatie moet er niet te veel toenemen, er zijn altijd enkele horken die er zo nodig snel moeten varen en met veel lawaai. De maximum snelheid bedraagt er echter 6 km. Ik heb wel het idee dat de controle wat intensiever is geworden. Zwerfvuil zie je er gelukkig nog niet zo veel.

 

onweer blankvoorn blankvoorn2

 

Foto’s gemaakt door onze gasten: